Terug naar de krant

Je kunt corona ook omarmen

Leeslijst opinie
Onze angsten Niet het virus maar de controle over het virus is onze waarachtige obsessie geworden. Zijn de maatregelen nog in proportie met het gevaar, vraagt zich af.
Leeslijst

Nog niet zo lang geleden drong een virus onze wereld binnen. Eerst voorzichtig sluipend maar later bruusk slopend. Plots stond alles stil. Iedereen was verrast. In een oogwenk verkruimelde de wereld tot enkel nog het virus bleef. Het is niet een buitenaardse meteoriet, een tsunami door klimaatcatastrofe of een kernoorlog door twist tussen grootmachten, maar vier proteïnen en een stukje genetische code die de mensheid laten wankelen.

Het virus vrat in een mum van tijd ons hele bestaan op; werk, scholen en ziekenhuizen, winkeltjes, bedrijven en grote luchtvaartmaatschappijen, ook menselijke relaties, lichamelijk contact en publieke aandacht. Het verorberde nietsontziend alles wat op zijn weg kwam tot we enkel nog spreken en handelen naar het virus. Woorden schieten tekort om de sociale en economische impact te beschrijven. De grootste strijd in vredestijd sinds de Tweede Wereldoorlog, declameren onze leiders op het spreekgestoelte.

Het is lang geleden dat de wereld werd bedreigd door één enkel gevaar. Afgelopen decennia was alleen de mens in staat zichzelf naar het leven te staan. Dit virus is minder lachwekkend. Onverwacht ontmoet homo sapiens opnieuw iets wat hem overstijgt – ons rest enkel diep buigen.

We kunnen de krijtlijnen van onze samenleving herkennen in het ontstaan, de ontwikkeling en de aanpak van de coronacrisis. Het virus werd geboren op een exotenmarkt waar levende en dode honden, kippen, slangen, civetkatten en vleermuizen zij aan zij worden verzameld door de consumerende mens die zichzelf het recht toe-eigent alles te verorberen wat een aarde te bieden heeft.

Geglobaliseerde mens

Het virus veroverde in enkele weken de hele wereld door de ongebreidelde reislust van de geglobaliseerde mens, die met miljoenen soortgenoten miljoenen kilometers aflegt. Het virus verwierf ogenblikkelijk ongekende naam en faam door de gemediatiseerde mens, die het dagelijks met nuchtere cijfers en schrijnend leed wereldwijd ten tonele voert.

Het virus nestelde zich in ieders geest, ook al bleef je lichaam van infectie gespaard, in een geïndividualiseerde samenleving waar ieder in zijn kleine quarantaine wereldje een persoonlijke vete met de onbekende indringer beslecht. Het virus wordt methodisch ingedamd en bedwongen door een technocratische maatschappij waar een handvol deskundigen in conclaaf met de overheid het hele land lam leggen opdat het zich plooit naar de capaciteit van het aantal bedden op de intensive care.

Wie had kunnen vermoeden dat in 2020 niet het Songfestival of het EK-voetbal maar een IC-bed betekenis zou geven aan uw bestaan? Ongetwijfeld zal u bij een volgend bezoek aan het ziekenhuis in de verleiding komen om eer te betuigen aan de bedden en misschien zelfs – na overleg met de hoofdzuster en een kleine donatie – een moment hun smetteloze lakens te mogen aanraken.

Lees ook Geestelijk hamsteren? Doe het niet!

Het dna van onze levensstijl

De crisis van het coronavirus draagt het dna van onze moderne levensstijl: consumering, globalisering, mediatisering, individualisering, technocratisering en een heimelijke hunkering naar verloren sacraliteit. Ontwikkelingen waar we afgelopen decennia allen diep voor hebben gebogen.

Nu is de wereld veranderd. Onze gemeenschappelijke angst verbindt ons in de strijd tegen het virus. Dat virus is angstwekkend want meedogenloos. Iedereen moet eraan geloven. Het velt een vonnis over onze gezondheid. Wie oud of verzwakt is, een slecht hart of zwakke longen heeft, in het verleden te veel gerookt, gegeten of gedronken heeft, gaat er het eerst aan.

Het virus berecht onze levensstijl. Het legt de angst voor onze kwetsbaarheid bloot. Sommigen zijn bevreesd voor de ziekte; de verstikking, het lijden en de dood die erop volgt voor zichzelf, familie en vrienden.

Sommigen zijn bang voor de maatregelen; het isolement, de eenzaamheid, de onzekerheid of het familiaal conflict. Sommigen zijn bang voor de gevolgen van de maatregelen; de recessie, het faillissement, de verloren normaliteit, de schulden, inflatie en het te nemen verlies.

Wij verkiezen de leugen

Hoewel begrijpelijk is alle angst een leugen. Angst is de emotie voor een zekere verbeelding dat als alternatief moet gelden voor een onzekere realiteit. Mensen verkiezen de leugen van de zekerheid boven de waarheid van de onzekerheid. Het dagelijkse cijfer aan besmettingen op televisie dat niet het aantal besmettingen weergeeft. Alleen angst rechtvaardigt dit grootschalig theater.

Het troostend voordeel is dat de realiteit altijd meer behaagt dan angst ons voorhoudt. Maar angst is meer dan een emotie. Angst geeft betekenis aan de wereld. Angst verleidt ons de wereld te benaderen vanuit zijn bedwelmend eenzelvig perspectief – niet uit verwondering, belangstelling of nieuwsgierigheid, maar uit zelfbehoud. Angst gebiedt ons de wereld te vermijden of controleren.

Het virus kiest ervoor vrouwen en kinderen te sparen. Werd op de Titanic niet eenzelfde keuze gemaakt?

Het virus is een obsessie geworden. De wereld is weggevaagd. Alles moet wijken: opvoeding, onderwijs, politiek, recht, wetenschap, kunst en zelfs gezondheidszorg. Verblind door onze fascinatie voor de vijandige verwekker hebben we voor het eerst in de geschiedenis geen naam aan zijn ziekte gegeven. We praten enkel over ‘het virus’.

Ons leven op slot gezet

Maar is onze obsessie nog wel in proportie met het gevaar? Vergeten we niet te veel van de wereld en de anderen in onze bezetenheid met corona? Zelfs deze vraag krijgt geen kans. We willen het virus alleen maar controleren. We hebben pijnlijke maatregelen genomen. Het leven op slot gezet. De wereld ‘on hold’ geplaatst.

Elk verstild frame kost miljarden. Deskundigen benadrukken dat we moeten doorgaan met maatregelen „tot het einde”, tot het virus onder controle is. We willen ‘in control’ zijn, lees ik overal. Waarom? Om het virus te beteugelen of onze angst te temperen? Om het virus te controleren of onze honger naar controle te stillen? Niet het virus maar de controle over het virus is onze waarachtige obsessie geworden. Zijn de maatregelen nog wel in proportie met het gevaar? Die vraag krijgt geen kans.

Waarom is voor controle gekozen? Is er geen ander scenario denkbaar? Het coronavirus kiest ervoor vrouwen en kinderen te sparen. Waarom laten we het niet een beetje zijn gang gaan? Werd op de Titanic, een ander fataal fenomeen van machtsvertoon, niet eenzelfde keuze gemaakt? Waarom is een open debat zo moeilijk?

Lees ook ‘We moeten wellicht vaker zeggen: we behandelen niet’
Suzanne van de Vathorst: „Misschien zul je – bij gelijke kansen – moeten gaan kiezen tussen zeventigplussers en twintigers.”

Mag niemand verloren gaan?

Als we het leven van duizenden en de toekomst van miljoenen in de weegschaal leggen. Waarom moet iedereen worden gered en mag nu niemand verloren gaan, ook al bestaat er een gerede kans dat we later meer mensen zullen verliezen? Waarom is een alternatieve visie niet bespreekbaar? Waarom zijn we zo bang om te kiezen wie op het IC-bed moet worden gelegd? Waarom rust in deze samenleving een taboe op een ethisch vraagstuk waarop iedere generatie eeuwenlang diende te antwoorden?

De moderne mens bezit niet meer het vermogen om zijn onmiddellijkheid te overstijgen. Onze blik vernauwde gaandeweg door individualisme en pragmatisme. We kunnen enkel nog denken vanuit onze persoonlijke, emotionele beleving. Enkel wat mij raakt als individu heeft bestaansrecht. We hebben de wereld gereduceerd tot de beleving van het individu. We interpreteren alles in termen van problemen: leven, dood en bestaan.

In het pragmatisme bestaan alleen díe problemen die kunnen worden opgelost. Alle andere worden vermeden. We hebben de wereld gereduceerd tot oplosbare problemen. We staren ons blind op een universum van oplosbare problemen door persoonlijke belevingen, maar het coronavirus is een globaal vraagstuk dat om een globale benadering vraagt. Het noodzaakt een transcendente visie die de mens van vandaag overstijgt waardoor we hem durven vergeten, zijn contingentie aanvaarden en in zijn sterfelijkheid berusten.

Dan openen zich nieuwe perspectieven en andere antwoorden die het heden overtreffen. Is het virus wel onze vijand, of is het onze levensstijl die het ontwierp, de angst die het onderhoudt of de controle waar we naar hunkeren? Als het onze excessen bevraagt, waarom omhelzen we het niet als vriend in plaats van het als vijand te bevechten. Waarom nodigen we het niet uit om in duende met ons te dansen?

Maar kunnen we nog wel buigen voor wat ons overstijgt?

Een versie van dit artikel verscheen ook in NRC Handelsblad van 4 april 2020.

Reageren

Reageren op dit artikel kan alleen met een abonnement. Heeft u al een abonnement, log dan hieronder in.

Mail de redactie

Ziet u een taalfout of een feitelijke onjuistheid?

U kunt ons met dit formulier daarover informeren, dat stellen wij zeer op prijs. Berichten over andere zaken dan taalfouten of feitelijke onjuistheden worden niet gelezen.

Maximaal 120 woorden a.u.b.
Vul je naam in